vrijdag 17 juni 2011

23. Gelijkkrijgerij

Het laatste nummer van dit jaar. Anderhalf jaar columnschrijverij is voorbij gevlogen. Welgeteld wordt dit de 23ste column van mijn hand. Tijd om de slotsom op te maken. Een testament van een columnschrijvert zo je wilt. Wat levert het op om al die maanden ‘opiniërend’ bezig te zijn?

Natuurlijk, elke column is een succesverhaal. Sommige zijn zelfs ronduit briljant. Want ik heb me daar toch een paar ultieme knallers geschreven. Godallejezus! Mijn oeuvre overziend kan ik eigenlijk maar één conclusie trekken. Het is altijd waar wat ik schrijf: Ik draai er niet omheen. Ik vermijd moeilijke woorden waar ik kan – dit in tegenstelling tot dat wekelijkse pseudo-intellectuele ge-allea-jacta-est op de achterflap van dit prachtblad. En mijn mening is volstrekt redelijk. Of ik het nu heb over Europees aanbestedingsbeleid, dyslexie, Haagse beleidsporno, Wesley Sneijder, ‘Islam & Life’, mijn dochters Lente en Pippi, andermans kinderen, dorpjes in Italië, Koos Moerenhout, Benny Neijman, drie Franse circusdirecteuren, biologische groenten (met vlekken), Tapasworsten, meerkoeten of DOPOS DOPOS DOPOS, één ding staat als een paal boven water: Je kunt het er gewoon niet mee oneens zijn!

Maar het maakt gewoon geen donder uit of ik gelijk heb. Je kunt wel constateren dat als de ene helft van de EUR besluit dat internationale output het allerbelangrijkste is dat er is, de andere helft dan snel wat hoogleraren aanstelt zonder internationale publicaties. Je kunt het wel opmerkelijk vinden dat de ene helft van de EUR jarenlange campagnes voert om de campus te greenen, en dat de andere helft dan lekker even snel de campus plat walst. En je kunt wel droogjes vaststellen dat sommigen aan deze instelling kennelijk hebben besloten jongeren serieuze eisen te stellen voor vaste aanstellingen, en dat weer anderen besluiten deze eisen vooral niet toe willen passen op de rest van het personeel. Maar wat heeft het eigenlijk allemaal voor zin? Mensen doen gewoon maar wat. En van zo’n Achterberg hoef je je natuurlijk helemaal niets aan te trekken. Een reactie maar: ‘Peter, je hebt helemaal gelijk, we stoppen met deze flauwekul’, en ik zou dik tevreden zijn. Eén ingezonden briefje naar EM waaruit blijkt hoezeer men mij bewondert om mijn doorwrochte mening? Is dat te veel gevraagd?

Gelijk hebben is een ding. Maar het krijgen is een tweede. Al die moeite voor niets…Nou, als het zo moet, dan bekijken jullie het maar. Stelletje ondankbare….

Peter Achterberg, cultuursocioloog aan de FSW, schrijft geen columns meer voor EM!

woensdag 8 juni 2011

22. Meerkoet

De meerkoet is een ongekend klerebeest. In dit beest komt al het slechte dat de natuur te
bieden heeft samen. Met dat ronde lijf, een misvormde kop en zijn naar verhouding veel
te kleine vleugels is het een gedrocht. Helemaal als zo’n beestje probeert te vliegen. Echt
hoog komt het al niet. En maar een beetje meerennen over het water, met alle spetters
van dien. Op mij maakt het allemaal weinig indruk. En waar zoveel vogels schitterend
kunnen fluiten, lijkt het geluid van de koet helemaal nergens op. Een lelijk, hoog
geschreeuw. Keihard. Bah. En dan dat gedrag van die flutbeesten. Meerkoeten proberen
alles wat bij hen in de buurt komt te verjagen. Ook grote sloepen van staal met een
buitenboordmotor (9,9 pk) proberen ze nog weg te jagen. Te pas en te onpas. Alleen maar
omdat ze toevallig een scherpe snavel hebben. Hoe stom kan je zijn? Als ze merken dat
hun charge niets uithaalt, gaan ze er nog een keer vol in. En nog een keer. Onophoudelijk.
Mislukte waterkippen zijn het, allemaal!
De afgelopen tijd heb ik samen met enkele collega’s meerdere malen geprobeerd
een nieuwe internationale masteropleiding van de grond te tillen. De eerste moest een
master Politics and Society worden. Een internationale masteropleiding moet wel goed
vallen want, zo heb ik me laten vertellen, het oprichten van internationale opleidingen
is een van de speerpunten van deze universiteit. Zelf wilden we ook graag een opleiding
starten die goed aansluit bij ons onderzoek. En de studenten waren enthousiast en er klaar
voor. Maar toch mislukte het vrij snel. Vraag me niet waarom. Kom je toch niet achter.
Maar niet lang getreurd. Janken is voor losers. Dus hup snel nog een poging
gedaan. Mastertje Culture and Society dan maar. Samenwerkingsverbandje met
cultuurwetenschappers van de ESHCC gesmeed. Vakbeschrijvingen compleet met
literatuur geschreven. Papertje voor de ‘positionering in de markt’ erbij. Zelfs namen en
adressen van geïnteresseerde studenten verzameld. Niets was te dol, maar alles bleek ook
hier voor niets. Die onderwijsplannen van ons zijn kansloos afgeschoten. Hatsikidee, daar
ging nummer twee. Men dronk een glas, deed een plas en alles bleef zoals het was.
Ik ben het behoorlijk beu. Dat mag je best weten. En daarom hierbij een
ultimatum: Ik doe godverdomme nog één poging om wat onderwijs te regelen dat
aansluit bij mijn onderzoek. Als dat mislukt, doe ik er nog één. Daarna wellicht nog één.
En dan houd ik ermee op. Misschien.

Bij nader inzien vindt Peter Achterberg, cultuursocioloog bij de FSW, meerkoeten
sympathieke beestjes. Sorry lieve meerkoetjes.

.