Wat doet premier Balkenende amper drie kwartiertjes na het verschijnen van het Rapport Davids over de kwestie Irak? Hij ontkent alles glashard: ‘‘T is gewoon niet waar!’ En wat is daar het gevolg van? PvdA op stang. Kabinet op ontploffen. De oppositie lacht zich rot. Nog nooit is er zoveel getwittert, en de pers wacht en wacht maar onder het torentje.
En wat doet de Erasmus Universiteit Rotterdam als de recentelijk ontslagen hoogleraar / presentator van ‘Islam & Life’ Tariq Ramadan excuus eist? Zij weigert pertinent. Gevolg: Advocaten draaien overuren, bestuurders ook, ingezonden brieven bij de vleet.
Hoe kan je dit soort situaties beter oplossen? Zeg gewoon Sorry. Het is zo gedaan, en het bespaart je een hoop ellende. Gewoon doen alsof, je hoeft het niet te menen. ‘Sorry Davids, je hebt gelijk, sorry’. Een premier die dit zegt zorgt ervoor dat alles rustig blijft. Mariëtte Hamer zou geen airplay krijgen. De landelijke pers zou ergens anders relletjes zoeken. Men dronk een glas, deed een plas, en alles bleef zoals het was. ‘Sorry je hebt gelijk, Tariq, we zouden meer programmamakers van de Iraanse staatstelevisie als hoogleraar moeten benoemen’.Na deze woorden zou alles rustig blijven: Advocaten en bedrijfsjuristen direct terug in hun hok. Bestuurders kunnen weer andere belangrijke dingetjes gaan doen.
Sorry zeggen: Het klinkt eenvoudig. En dat is het ook. Mijn dochter van drie heeft het allemaal zelf ontwikkeld. En het werkt prima! Televisie kapotgemaakt? Zusje geschopt? ‘Sorry’! ‘Geeft niks hoor!’ Kijk, dat is nou de theorie van het pragmatisch sorry zeggen: Er is iets aan de hand, je zegt sorry (ook al meen je d’r niets van) en alles komt weer goed! Let op, ik demonstreer:
Na de eerste twee columns van mijn hand is de kritiek niet van de lucht geweest. Boze blikken, chagrijnige opmerkingen en boze emails alom. Ik zou een ‘platte empiricist’ zijn die ‘weinig oog voor de nuance’ heeft. Eentje die bovendien ‘geen flauw benul van Theorie met een grote T’ heeft. Een ‘naar mannetje’, dat met zijn ‘normal science-achtige ideeën het aanzien van de wetenschap alleen maar schaadt’. Ik zou bovendien een ‘sociaal-darwinist’ zijn die ‘het licht in de ogen van anderen niet gunt’. ‘Een snotjong dat net komt kijken en niet snapt dat een leven lang werken aan de universiteit offers met zich meebrengt’. Wat dit laatste betekent, weet ik overigens niet, maar ik weet wel dat ik kennelijk te ver ben gegaan.
Dus, mijne dames en heren: Sorry – ik heb het niet zo bedoeld. Ik wist ook niet wat ik deed! Ik zal het niet meer doen. En mocht het nog een keertje gebeuren, alvast mijn welgemeende excuus!
Peter H.J. Achterberg, cultuursocioloog aan de FSW, is opgegroeid in een rooms-katholiek nest
Achterberg, P. 2010. Sorry. Erasmus Magazine, 13(15), 13.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten